WACC en de investeringsruimte van de drinkwatersector: 5 vragen

22 juli 2021

Drinkwaterbedrijven moeten de komende jaren veel extra geld investeren om de drinkwatervoorziening robuust te houden. Dit dreigt onhaalbaar te worden door verlaging van de WACC. Dit instrument begrenst de winst die drinkwaterbedrijven mogen maken. Herziening van de WACC-methodiek is noodzakelijk, vindt de sector.

1.Waarom willen drinkwaterbedrijven meer investeringsruimte met de WACC?

De tien Nederlandse drinkwaterbedrijven staan voor een grote investeringsopgave. Naar verwachting nemen de investeringen van de sector de komende jaren met 50 procent toe. Vitens, het grootste drinkwaterbedrijf van Nederland, zag de uitgaven aan investeringen in 2020 zelfs verdubbelen ten opzichte van vijf jaar eerder.

Naar verwachting nemen de investeringen van de sector de komende jaren met 50 procent toe

Een groot deel van de investeringen gaat naar het uitbreiden van de productiecapaciteit en distributienetwerk. Dit is het gevolg van een toenemende watervraag door economische en demografische ontwikkelingen. Ook staan drinkwaterbedrijven voor een grote vervangingsopgave door verouderde leidingnetten.

Daarbovenop zorgt klimaatverandering voor extra uitdagingen. Pieken in de watervraag tijdens droge periodes vragen om meer reservecapaciteit en een robuuster leidingnet. Ook in de zoektocht naar toekomstige watervoorraden, nieuwe zuiveringstechnieken en klimaatbestendige winconcepten moeten drinkwaterbedrijven veel tijd en geld steken. Kortom: we staan voor een algehele watertransitie.

2. Waarom kost het ze nu moeite om investeringen te financieren?

Drinkwaterbedrijven kunnen investeringen op twee manieren financieren: uit eigen vermogen of met leningen. Aan beide opties kleven beperkingen. Zo komt bij te veel lenen de solvabiliteit en de financiële gezondheid van het bedrijf in gevaar. Gevolg daarvan is dat het nog moeilijker wordt om langlopende leningen te verkrijgen.

De wettelijk bepaalde WACC bepaalt dat drinkwaterbedrijven maar beperkt winst mogen maken

De investeringsruimte uit eigen vermogen wordt beperkt door een wettelijk vastgestelde vermogenskostenvoet: de Weighted Avarage Cost of Capital (WACC). Deze WACC bepaalt namelijk dat drinkwaterbedrijven maar beperkt winst mogen maken. De beperkingen van de WACC en geld lenen maken het voor drinkwaterbedrijven steeds lastiger investeringen te doen om het groeiend aantal opgaven het hoofd te bieden.

3. Wat is de WACC en hoe zit het daarmee?

De WACC is een percentage voor het maximale rendement over het geïnvesteerde vermogen van drinkwaterbedrijven. Het percentage wordt elke twee jaar opnieuw vastgesteld door de minister van Infrastructuur en Waterstaat, momenteel Cora van Nieuwenhuizen. Met de winstbeperking door de WACC wil de overheid klanten beschermen tegen hoge drinkwatertarieven. Klanten kunnen immers niet kiezen wie hun drinkwater levert en overstappen naar een ander drinkwaterbedrijf.

Mede door dalende marktrentes is de WACC de laatste jaren telkens verlaagd

Mede door dalende marktrentes is de WACC de laatste jaren telkens verlaagd: van 4,2 procent voor 2016-2017 naar 3,4 procent voor 2018-2019 naar 2,75 procent voor 2020-2021. Gevolg van die verlaging is dat drinkwaterbedrijven steeds verder beperkt zijn in hun financieringsmogelijkheden.

4. Wat moet er volgens de drinkwatersector veranderen?

Voornaamste bezwaar van de drinkwatersector is dat de huidige WACC-methodiek onvoldoende rekening houdt met klimaatverandering, de toenemende drinkwatervraag en de financiële risico’s van lenen. Branchevereniging Vewin, drinkwaterbedrijven en hun aandeelhouders riepen minister Van Nieuwenhuizen in 2019 dan ook op om de uitgangspunten van de WACC nog eens goed te bestuderen en actuele opgaven mee te nemen in de methodiek. Daarmee zou de WACC automatisch hoger worden en kunnen drinkwaterbedrijven meer investeren uit eigen vermogen.

De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) deelt niet de zorg dat er te weinig investeringsruimte is binnen het huidige systeem. Volgens een rapport van het ILT kunnen drinkwaterbedrijven zich nog richten tot onder meer financiering vanuit de publieke aandeelhouders. Ook zouden ze de drinkwaterprijzen nog kunnen verhogen.

5. Wie is er nu aan zet?

In de aanloop naar het Wetgevingsoverleg Water in de Tweede Kamer in december 2020 vroeg Vewin nogmaals aandacht voor de knelpunten bij de financiering van toenemende investeringen. Naar aanleiding hiervan diende CU-kamerlid Carla Dik-Faber een motie in om de WACC tijdig te herzien. Deze motie is vervolgens door de Tweede Kamer aangenomen. Bovendien heeft de Tweede Kamer in april 2021 een wijziging in de Drinkwaterwet aangenomen. Die zorgt ervoor dat de WACC twee jaar bevroren kan worden, zodat deze niet verder daalt. In een motie eind juni 2021 roept de ChristenUnie op om zo snel mogelijk duidelijkheid te geven over de investeringmogelijkheden van de drinkwatersector. De sector hoopt nog steeds dat de WACC bevriest, zodat zij de begroting en tarieven voor 2022 kunnen vaststellen.

Het is nu aan de minister van IenW om de WACC-methodiek daadwerkelijk te herzien. Minister Van Nieuwenhuizen erkende eerder al dat de WACC-methodiek beter moet aansluiten bij de investeringsopgave.

Blijf op de hoogte via onze nieuwsbrief

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *